De gonadale arteriën zijn gepaarde vaten die gewoonlijk ontspringen uit de abdominale aorta ter hoogte van de tweede lendenwervel. In 5-20% van de gevallen heeft de gonadale slagader een hoge oorsprong (superieur aan L2) en in 5-6% van de gevallen is hij afkomstig van de hoofd- of accessoire nierslagader. Deze laatste wordt hier een afwijkende gonadale slagader genoemd. Achtennegentig nieren van 50 gezonde potentiële niertransplantatie donoren werden prospectief onderzocht met conventionele angiografie. De nierslagader, hoofd- of nevenslagader, werd opgespoord en individueel geïnjecteerd om hun perihilaire verdelingen en mogelijke extrarenale vertakkingen te belichten. De gonadale slagaders werden geregistreerd als zij uit de renale slagaders ontsprongen. Wij stelden vast dat 39% (n = 38) van de nieren ten minste één extra nierslagader had. In 14 zijden (14% van de nieren), was de gonadale slagader (11 rechts en 3 links) afkomstig van de nierslagader, hetzij hoofd (n = 5) of accessoire (n = 9). Tien van de 14 nieren met een afwijkende gonadale slagader had een bijbehorende accessoire nierslagader. In negen gevallen was de gonadale slagader afkomstig van de accessoire nierslagader, en in één geval was de slagader weliswaar afkomstig van de hoofdnierslagader, maar had dezelfde nier een accessoire arteriële toevoer. De resultaten van deze studie tonen aan dat afwijkende gonadale slagaders meestal afkomstig zijn van nieren die een accessoire arteriële toevoer hebben. Wij stellen de hypothese voorop dat afwijkingen van de gonadale slagader deel uitmaken van een gemeenschappelijke embryologische fout die resulteert in de persistentie van de toekomstige accessoire nierslagaders. Wij menen dat deze studie de eerste is die een dergelijke associatie met deze arteriële afwijkingen van de nierstamboom hypotheseert en bestudeert. Clin. Anat. 20:428-432, 2007. © 2006 Wiley-Liss, Inc.