- Zowel insuline als glucagon normaliseren de bloedsuikerspiegel, maar ze hebben tegengestelde effecten.
- Beide worden afgescheiden door de eilandjescellen in de pancreas. Maar glucagon wordt vrijgegeven door de alpha islet cellen en insuline wordt vrijgegeven door de beta islet cellen.
- Beide zijn pancreas endocriene hormonen.
Hoewel zowel insuline en glucagon worden uitgescheiden door de islet cellen binnen de pancreas, hebben ze tegengestelde effecten.
- Glucagon behandelt een LAGE bloedsuikerspiegel door het vrijkomen van opgeslagen glucose uit de lever te stimuleren en door de lever te stimuleren meer glucose aan te maken. Een lage bloedsuikerspiegel wordt ook wel hypoglykemie genoemd.
- Insuline behandelt een te hoge bloedsuikerspiegel door de cellen in ons lichaam te stimuleren meer glucose op te nemen, waar het voor energie kan worden gebruikt. Glucose die vastzit in de bloedbaan levert geen energie. Een hoge bloedsuikerspiegel wordt ook wel hyperglykemie genoemd.
Bij mensen zonder diabetes worden glucagon en insuline door onze alvleesklier automatisch afgegeven (zonder dat we er zelfs maar bij nadenken) als reactie op een lage of hoge bloedsuikerspiegel.
- Glucagon komt vrij als de bloedsuikerspiegel LAAG is.
- Insuline komt vrij als de bloedsuikerspiegel HOOG is.
Mensen met type 1-diabetes maken niet genoeg insuline aan om ervoor te zorgen dat hun cellen de energie krijgen die ze nodig hebben. Ze moeten elke dag insuline spuiten. Ook hebben zij af en toe glucagon nodig, als zij per ongeluk te veel insuline hebben ingespoten of als hun lichaam door ziekte of inspanning meer insuline nodig heeft.
Mensen met type 2-diabetes maken meestal wel wat insuline aan, althans in het begin. Dit betekent dat zij orale tabletten kunnen nemen die werken door de alvleesklier te stimuleren meer insuline te produceren of de cellen te helpen meer glucose op te nemen. Na verloop van tijd kunnen ook insuline-injecties nodig zijn. Ook kan glucagon nodig zijn voor het geval de bloedsuikerspiegel te laag wordt omdat de dosering te hoog is of omdat de patiënt onwel wordt.