Tot in de latere helft van de 20e eeuw werd glamourfotografie meestal aangeduid als erotische fotografie. Vroege erotische fotografie werd vaak geassocieerd met “Franse postkaarten”, kleine afbeeldingen op briefkaartformaat, die in Frankrijk door straatverkopers werden verkocht. Begin 1900 werd de pinup populair, een afbeelding van schaars geklede vrouwen, vaak in een speelse pose, die verrast of opgeschrikt leken door de toeschouwer. Het onderwerp had meestal een uitdrukking van verrukking die de kijker leek uit te nodigen om te komen spelen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren pin-up foto’s van schaars geklede filmsterren erg populair onder Amerikaanse militairen. Betty Grable was een van de beroemdste pin-up modellen aller tijden; haar pin-up in badpak was zeer populair bij de soldaten van de Tweede Wereldoorlog.
In december 1953 was Marilyn Monroe te zien in het eerste nummer van Playboy magazine. Bettie Page was de Playboy Playmate van de Maand in januari 1955. Playboy was het eerste tijdschrift met erotische naaktfotografie dat de aandacht kreeg. Penthouse was het tweede blad dat dit bereikte.
De “Britse koningin van de rondingen” in de jaren vijftig en begin jaren zestig was Pamela Green. Harrison Marks begon, op aanmoediging van Green, met glamourfotografie en samen publiceerden zij in 1957 het pinup magazine Kamera. Momenteel wordt in Engeland het vroegste gebruik van het woord glamour als eufemisme voor naaktmodel of naaktfotografie toegeschreven aan Marks’ publiciteitsmateriaal in de jaren 1950.
Glamourmodellen die populair waren in het begin van de jaren 1990 waren onder meer Hope Talmons en Dita Von Teese en het moderne tijdperk wordt in de V.S. vertegenwoordigd door modellen als Heidi Van Horne en Bernie Dexter, terwijl toonaangevende vertegenwoordigers van het genre in het V.K. onder meer Katie Price en Lucy Pinder zijn.