Bij een cisternogram wordt gebruik gemaakt van een radioactieve stof (of tracer) om de dynamiek van het cerebrale ruggenmergvocht (CSF) aan te tonen.

Indicaties voor een cisternogram kunnen zijn om vast te stellen of een patiënt mogelijk een vorm van niet-overdraagbare hydrocefalus heeft of om de aanwezigheid van een liquorlek te lokaliseren.

Vóór uw procedure

• Vóór de test moet u uw arts vertellen of u zwanger bent of borstvoeding geeft.
• Als uw procedure wordt uitgevoerd om een CSF-lek op te sporen, kan u worden gevraagd om kleine stukjes katoen (pledgets) in uw neusholte te laten plaatsen door een arts die is gespecialiseerd in oor-, neus- en keelaandoeningen.
• Aan de pledgets (meestal drie in elk neusgat) is een touwtje bevestigd dat uit uw neus steekt en op uw wang wordt vastgeplakt.
• Sommige geneesmiddelen kunnen het risico op bloedingen na uw procedure verhogen. Overleg met uw arts of u medicijnen zoals aspirine, Coumadin (warfarine), Ticlid, Pletal, Aggrenox, Plavix en NSAID’s, zoals naproxen en ibuprofen, vóór de ingreep moet inhouden.
• Houd deze medicijnen volgens voorschrift in. U mag uw medicatie de dag na uw procedure hervatten.

Tijdens uw procedure

• Tijdens het onderzoek zal een radioloog röntgengeleiding gebruiken om een naald in het gebied rond uw wervelkolom te plaatsen. Het gekozen gebied wordt ingespoten met een verdovend medicijn.
• Daarna injecteert de radioloog de radioactieve tracer.
• De tracer heeft enige tijd nodig om zich door de intrathecale ruimte te verplaatsen, dus u wordt teruggebracht naar de afdeling nucleaire geneeskunde.
• Daar rust u twee tot vier uur uit, liggend.
• Daarna wordt u naar de beeldvormingskamer gebracht en op de tafel onder de camera gelegd.
• De scan duurt ongeveer 30-60 minuten.
• U wordt ingeroosterd voor vervolgscans vanaf ongeveer 24 uur, 48 uur en mogelijk 72 uur na uw eerste scan.
• Als er pledgets bij u zijn geplaatst, worden deze bij de 24-uursscan verwijderd.

Na uw procedure

• Ga naar huis en rust de rest van de dag
• Rijd de rest van de dag niet met de auto
• Om de kans op hoofdpijn na de lumbaalpunctie zo klein mogelijk te maken, wordt u verzocht bedrust te houden, plat liggend met niet meer dan één kussen onder uw hoofd. U mag opstaan in de auto voor de rit naar huis, opstaan voor de maaltijden en om naar het toilet te gaan
• Als u hoofdpijn begint te krijgen, ga dan liggen en als u geen vochtbeperking heeft, drink dan een grote hoeveelheid vocht met cafeïne. Twee liter cola, Mountain Dew of Pepsi bevat één gram cafeïne, dat is de aanbevolen dosis. U mag pijnstillers gebruiken, maar vermijd medicijnen die aspirine bevatten
• U mag het verband op de injectieplaats ’s ochtends verwijderen. Ook mag u de dag na het onderzoek een douche of bad nemen.

Stelt u uw arts op de hoogte als u

• Hoofdpijn hebt die langer dan 24 uur aanhoudt
• Er zijn tekenen van infectie op de prikplaats, zoals roodheid, zwelling, drainage of koorts
• Extra misselijkheid, braken, wazig zien of een stijve nek

De radioactieve stof die tijdens deze procedure wordt toegediend is In-111 DTPA.

Bedankt dat u ons uw onderzoek laat uitvoeren. Uw beelden zullen worden geïnterpreteerd door Regionale Diagnostische Radiologen (RDR). Het is ons doel om het rapport binnen 24 uur beschikbaar te hebben voor uw arts.

Uw arts heeft ons verzocht u te informeren dat het 3-5 werkdagen kan duren voordat hij/zij u op de hoogte stelt van de resultaten. Als u op de vijfde werkdag nog geen bericht hebt ontvangen, kunt u uw arts bellen voor de uitslag. Als u al een vervolgafspraak met uw arts heeft gemaakt, kan deze wachten met u op de hoogte te stellen van de resultaten.

Als u vragen heeft over uw onderzoek, neemt u dan contact op met uw arts.

Terug naar Instructies voor Imaging Patiënten