Atyopsis is een geslacht van zoetwatergarnalen uit Zuidoost-Azië. Het werd in 1983 opgericht door Fenner A. Chace, Jr. voor twee soorten die vroeger in het geslacht Atya werden behandeld. Het verschilt van Atya door verschillende kenmerken, waaronder de vorm van het telson (dat bij Atyopsis het langst is aan de hoeken, maar niet bij Atya) en de aanwezigheid van een “massieve uitloper” op de derde pereiopode van het mannetje.

Atyopsis
Atyopsis moluccensis
Wetenschappelijke classificatie
Kingdom:
Phylum:
Subphylum:
Class:
Order:
Familie:
Genus:	Atyopsis Chace, 1983
Type species
Atya spinipes Newport, 1847

Het genus omvat twee soorten, Atya spinipes en Atyopsis moluccensis. Er zijn geen fossiele vertegenwoordigers bekend. Zij worden aangetroffen op hooggelegen eilanden van Sri Lanka tot de Samoa-eilanden, en tot in het noorden van Okinawa, alsmede op het Aziatische vasteland van het Maleisisch schiereiland tot India. De twee soorten verschillen in het aantal tanden aan de onderkant van het rostrum, A. spinipes heeft er 2-6, terwijl A. moluccensis er 7-16 heeft.

In het aquarium geeft deze soort de voorkeur aan een matige waterstroming. Deze garnaal voedt zich met behulp van zijn veerachtige grijpers om deeltjes uit het water te filteren. Als het voedsel schaars is, kan het zijn dat ze in het substraat foerageren.

Zoals alle andere kreeftachtigen vervelt de bamboe garnaal om te kunnen groeien. Tijdens dit proces is de garnaal zeer kwetsbaar voor predatie, dus er moet voor voldoende schuilplaatsen worden gezorgd, b.v. kleine grotstructuren, dicht gebladerte, enz.

Het dieet bestaat uit plant- en of algendeeltjes.